Informatie over je stage

banner-06
Inleiding stage

Informatie over je stage

Als stagiaire wil je natuurlijk graag weten wat je moet doen tijdens de stage. In onderstaand menu kun je informatie vinden over de planning, de opdrachten, het stageverslag, de tussen/eindbeoordeling, burgerschap tijdens je stage en de urenverantwoording.

Rollen

Tijdens je stage heb je te maken met twee rollen. Je BPV-begeleider en de BPV-praktijkbegeleider. De BPV-begeleider is de docent die jou vanuit Aventus begeleidt. Hij overziet het proces en leidt dit in goede banen. Daarnaast is er de BPV-praktijkbegeleider. Dit is de begeleider vanuit het stage bedrijf. Liefst is dit ook de persoon die jou technisch begeleidt als je vragen hebt, zodat hij ook het beste jouw functioneren kan beoordelen.

BPV 1 en BPV2

Er zijn twee momenten tijdens je studie dat je op stage gaat. BPV 1 is je eerste stage en is een oriënterende stage. Het doel is dat je meewerkt in het bedrijf en dat je ontdekt welke specialisaties/technieken bij jou passen. Je kijkt in je kwalificatiedossier welke kerntaken je moet beheersen en oefent alvast met drie werkprocessen die hier onderdeel van zijn.

De BPV 2 is een afsluitende stage. Deze vindt plaats op het eind van je studie. Als je deze met een voldoende afsluit dan krijg je jouw welverdiende diploma. Het is niet verplicht om aan één eindopdracht te werken, je kunt ook meewerken in een team aan een onderdeel van een grote opdracht. Als het maar duidelijk is wat jouw onderdeel is en je kunt laten zien dat je alle kerntaken beheerst.

Leerdoelen

De stages op Aventus zijn meeloop stages. Het is dus niet verplicht om er een specifieke eindopdracht aan te koppelen. Het is vooral de bedoeling om lekker mee te draaien en goed te functioneren binnen het bedrijf. Daar hebben wij de volgende leerdoelen aan gekoppeld.

Na je stage:

  • Kun je op goede en respectvolle manier samenwerken met collega’s.
  • Kun je goed omgaan met feedback
  • Kun je de juiste (passende) communicatiemiddelen inzetten om samen te werken met collega’s
  • Kun je tijdig en de juiste een hulpvraag stellen
  • Kun je je gedragen naar de bedrijfscultuur
  • Kun je jezelf aan gemaakte afspraken houden
  • Kun je omgaan met werkdruk en de juiste prioriteiten stellen
  • Kun je werken volgens de binnen het bedrijf geldende procedures
  • Kun je een resultaat opleveren dat van goede kwaliteit is en voldoet aan de gestelde eisen.
  • Kun je effectief en efficiënt de juiste tools inzetten
BPV-planning

BPV

 

Week Bijzonderheden
1 & 2 Start van je BPV periode; kennismaken en oriënteren
Lezen: Lees de hele planning door
Doen: Breng je praktijkbegeleider op de hoogte van deze planning . Logboek bijhouden (elke week).

 

Bezoek: BPV begeleider vanuit school komt langs voor een eerste gesprek. Dit kan eventueel ook online via teams.

3 Inleveren: opdracht “Oriëntatie op het BPV-bedrijf”  &  “Stageopdracht(en)” bij je BPV-docent
4 Inleveren: opdracht “POP en PvA” bij je BPV-docent
4 t/m 7 BPV-docent maakt afspraak voor tussengesprek
   
8 t/m 10 Terugkomdag op school, uitnodiging volgt
8 t/m 10 Tussengesprek vindt plaats
Inleveren: beoordelingsformulier en verslag tussengesprek bij je BPV-docent
BPV-docent maakt afspraak voor eindgesprek
14 t/m 16 Inleveren: concept stageverslag bij je BPV-docent
17  Eindgesprek vindt plaats
Doen: verslag maken van eindgesprek en samen met beoordelingsformulier opnemen in stageverslag
18 Inleveren: definitief stageverslag bij je BPV-docent

 

Check of je voldoende uren stage hebt gemaakt, overleg eventueel met je BPV-docent en praktijkbegeleider bij een uren tekort.

Mogelijkheid voor herkansingen en inhalen van opdrachten.

19 Rond je werkzaamheden voor het bedrijf af en bespreek met je praktijkbegeleider wanneer jouw laatste stagedag is.

 

Mogelijkheid voor herkansingen en inhalen van opdrachten.

20 In deze week plan je jouw laatste stagedag waarna je jouw stage afsluit.
Stageverslag

Stageverslag

Je werkt tijdens je hele stage aan je stageverslag. Er zijn verschillende momenten waarop je het verslag moet inleveren bij je BPV-docent.

LET OP: Controleer eerst m.b.v. deze checklist of je verslag voldoet aan de eisen en laat je verslag altijd eerst lezen door je praktijkbegeleider voordat je hem opstuurt naar je BPV-docent!!

De onderdelen van je stageverslag

In je stageverslag komen de volgende onderdelen:

  • Voorblad
  • Inhoudsopgave
  • Inleiding
  • Opdracht: Oriëntatie op het BPV-bedrijf
  • Opdracht: POP&PVA
  • Opdracht: Stageopdracht(en)
  • Verslag van het tussen- en eindgesprek
  • Urenverantwoording en Stagelogboek
  • Conclusie van jouw stageperiode. Hierin kijk je terug op jouw SMART doelen en vertel je jouw ontwikkeling hierin. Wat heb je geleerd en wat zou je de volgende keer anders aanpakken?

Vanzelfsprekend zorg je ervoor dat het verslag er netjes en verzorg uitziet, maak je gebruik van koppen en Word-functies zoals paginanummers en gegenereerde inhoudsopgave. Gebruik hiervoor de checklist schriftelijke rapportage

1. Oriëntatie op het BPV-bedrijf

Tijdens de BPV leer je niet alleen functioneren als software developer, maar ook als werknemer in een arbeidsorganisatie. Deze opdracht helpt je hier zicht op te krijgen. De uitwerking van de opdracht verwerk je in je stageverslag.

1.1 Het BPV-bedrijf

Je maakt tijdens je BPV deel uit van een bedrijf. Dat betekent dat jij een bijdrage levert aan het doel van het bedrijf. Dat moet gebeuren binnen de door het bedrijf opgestelde kaders. Daarom is het nuttig te weten wat het doel en het beleid is van het bedrijf waar je werkt.

Verzamel informatie over het bedrijf waar je werkt. Deze informatie moet betrekking hebben op de volgende punten:

  1. De ondernemingsvorm van het bedrijf;
  2. De doelstellingen van het bedrijf;
  3. De wijze waarop het bedrijf zijn doelstellingen tracht te bereiken (het beleid dus);
  4. De producten en/of diensten van het bedrijf.

Verwerk deze informatie tot een inleidend verhaal over het BPV-bedrijf. Het is goed als je je verhaal illustreert met foto’s van het bedrijf. Teken het organisatieschema van het BPV-bedrijf. Laat duidelijk zien welke functie jij inneemt.

1.2 Functies binnen de (ICT-)afdeling

Iemand die werkt, wil weten welke plaats de afdeling waarin hij werkt inneemt binnen de organisatie. Daarbinnen wil hij weten welke plaats hijzelf inneemt. Zo krijgt hij inzicht in de mate waarin de afdeling én hijzelf bijdraagt aan het organisatiedoel.

Daartoe moet hij duidelijk zicht hebben op de werkzaamheden, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de afdeling, i.c. het afdelingshoofd, de collega’s en zichzelf.

Bij de uitvoering van opdrachten is het eveneens van belang te weten wat hij wel en niet moet doen, waar hij wel en niet aansprakelijk voor is en waar hij wel en niet over mag beslissen. Hij kan dan hiernaar handelen. De werkzaamheden, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgelegd in functieomschrijvingen.

Beschrijf de afdeling waar jij werkzaam bent en geef de functieomschrijvingen van de functionarissen op de afdeling (ook die van jezelf). In de beschrijving komen de volgende punten aan bod:

  1. Hoe groot is de afdeling;
  2. Welke producten/diensten levert deze afdeling;
  3. Hoe dragen deze producten/diensten bij aan het organisatiedoel (zie taak 0.1).
  4. Wie is het afdelingshoofd;
  5. Welke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden heeft deze functionaris;
  6. Met wie moet hij overleg voeren en waarover.
  7. Welke functionarissen werken er nog meer op deze afdeling;
  8. Welke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden hebben deze verschillende functionarissen;
  9. Met wie moeten zij overleg voeren en waarover.
  10. Omschrijf jouw functie binnen het team. Wat ga jij betekenen als stagiair en hoe ondersteun jij om de doelstellingen van het bedrijf te behalen?”

Verwerk deze informatie tot een beschrijving van de functies op de (ICT-)afdeling. Vergeet jezelf daarbij niet!

2. POP & PvA

Als software developer moet je je altijd blijven ontwikkelen. Daarbij biedt een persoonlijk opleidingsplan (POP) met doelen en een plan van aanpak houvast.

Onderdeel van je stage is dan ook dat je voor jezelf een aantal doelen formuleert, waaraan je tijdens deze periode gaat werken. Deze doelen leg je vast in de pop en het plan van aanpak. Gebruik het voorbeelddocument als vertrekpunt.

De POP en het PvA bespreek je met je stagebegeleider en je levert het in bij je BPV-docent. In de planning zie je wanneer je dat moet doen. Tijdens de gesprekken bespreek je in hoeverre de doelen zijn behaald.

3. Stageopdrachten

Tijdens de stage voer je werkzaamheden uit die te maken hebben met jouw toekomstige beroep. Elk van die werkzaamheden kun je koppelen aan de kerntaken en werkprocessen zoals die beschreven staan in het Kwalificatiedossier Software Developer; Kwalificatiedossier Human Technology van jouw jouw opleiding.

  1. Formuleer samen met je praktijkbegeleider minimaal drie opdrachten. Elke opdracht moet betrekking hebben op minimaal één werkproces.
  2. Vul voor elke opdracht een Opdrachtformulier Software Developer of Opdrachtformulier HumanTechnology in.
  3. Stuur het formulier op naar je BPV-docent.
  4. Na goedkeuring ga je aan de slag met de uitvoering. Houd je werkzaamheden goed bij.
  5. In je stageverslag beschrijf je hoe je de opdracht hebt uitgevoerd en welk resultaat je hebt behaald.

4.Tussen- en eindgesprek

Gedurende je stage wordt er tweemaal een gesprek gevoerd met jou, je praktijkbegeleider en je BPV-docent. Eén keer halverwege de stageperiode (tussengesprek) en aan het einde van je stageperiode; het eindgesprek.

4.1Voorbereiding

Ter voorbereiding op het gesprek stuur je je stageverslag op naar je BPV-docent (let op: eerst laten goedkeuren door je praktijkbegeleider). Stuur ook je logboek mee.

4.2Beoordeling

In overleg met je praktijkbegeleider vul de criteria in het BPV-beoordelingsformulier in. Tijdens het gesprek wordt voortgang van je stage besproken aan de hand van het beoordelingsformulier. Maak tijdens het gesprek aantekeningen.

4.3Verslag

Na afloop van het gesprek verwerk je hetgeen wat besproken is in je stageverslag. Ook het ondertekende beoordelingsformulier neem je op in je stageverslag.

4.4Afronding bij eindgesprek

Bij het eindgesprek wordt aanvullend op hetgeen wat hierboven beschreven is, ook het BPV-eindbeoordelingsformulier ingevuld.

5.Urenverantwoording & logboek

Om het leerproces tijdens de BPV goed te kunnen volgen wordt dagelijks een logboek bijgehouden. Om tot een optimale begeleiding te kunnen komen, moeten je praktijkbegeleider en je BPV-docent te allen tijde in je logboek kunnen kijken. Deel je logboek dus via OneDrive met hen! Aan het eind van je stage voeg je je logboek als bijlage toe aan je stageverslag.

Tip: gebruik het Format Stagelogboek!

Criteria logboek

Het logboek moet aan de onderstaande criteria voldoen.

  • De naam van het BPV bedrijf is genoemd
  • De naam van de student is genoemd
  • De datum is genoemd
  • De werktijden zijn genoemd
  • Alle verrichte werkzaamheden zijn globaal beschreven
  • Afwijkingen van de planning worden aangegeven
  • Problemen (en de aanpak daarvan) die ontstaan tijdens de uitvoering van opdrachten worden beschreven
  • De leerervaringen m.b.t. de afgesproken verbeterpunten zijn gedetailleerd beschreven
  • Eventuele afspraken zijn vermeld
  • Het logboek is geschreven in de voltooide tijd
  • De spelling is gecontroleerd
Afronding stage

Afronding van de stage

Om je stage met een voldoende af te sluiten moet je alle onderdelen hebben gedaan.  De onderdelen vind je terug onder  de kop ‘stageverslag’ hierboven. Controleer zelf of je aan alle onderdelen hebt voldaan.

Burgerschap tijdens stage

Burgerschap tijdens stage

Let op: dit geldt alleen voor je eerste stage, de BPV1.

Je gaat tijdens je stage een viertal thema’s voor Burgerschap onderzoeken:

  • Thema 5 ARBO-wet
  • Thema 6 CAO
  • Thema 7 Medezeggenschap

Hiervoor ga je bij het stagebedrijf onderstaande opdrachten maken. Deze lever je tijdens of aan het eind van je stageperiode in bij je docent Burgerschap via Teams (chat) of via de mail. Je mag de opdrachten op verschillende manieren maken en inleveren:

  • Als onderdeel van je totale stageverslag (alleen het gedeelte over Burgerschap lever je bij je Burgerschapsdocent in);
  • In de vorm van een vlog;
  • In de vorm van een PowerPoint;
  • In de vorm van een podcast;
  • In de vorm van een blog;

Thema 5 ARBO-wet

  • Onderzoek je werkplek op het gebied van ergonomie.
  • Zoek de eisen op die gesteld worden aan een kantoorwerkplek.
  • Onderzoek of jouw werkplek voldoet aan deze eisen.
  • Geef in een overzicht de gestelde eisen weer en of jouw werkplek daaraan voldoet.

Beantwoord onderstaande vragen:

  1. Wat doet een BHV’er? Hoe is er binnen jouw stagebedrijf rekening gehouden met gezondheidsbedreigende situaties?
  2. Wat zijn risicofactoren in jouw beroep?
  3. Wat vind je het grootste risico’s van je lijstje?
  4. Wat kan een werkgever doen om deze risico’s te verkleinen?
  5. Wat kun je zelf doen om deze risico’s te beperken?
  6. Hoe kun je als werknemer zorgen voor een veilige en prettige werksituatie?

Thema 6 CAO

Heeft jouw BPV-bedrijf een CAO? Vraag of je een exemplaar mag inzien of zoek deze op via internet.

Beantwoord dan de volgende vragen (eventueel met behulp van een collega):

  1. Tot welke sector behoort jouw stagebedrijf?
  2. Wanneer is de CAO ingegaan en hoe lang is deze nog geldig?
  3. Wat is er in de CAO afgesproken over salaris?

Heeft jouw stagebedrijf geen CAO? Vraag dan of je een standaardarbeidsovereenkomst mag inzien.

Beantwoord de volgende vragen over een arbeidsovereenkomst bij je stagebedrijf:

  1. Wat staat er in over salaris?
  2. Wat staat er in over werktijden?
  3. Wat staat er in over pensioen?
  4. Hoe het zit met arbeidsduur en toeslagen in jouw beroep;
  5. Hoeveel vakantiedagen je krijgt;
  6. Waarvoor je extra vrij dagen kunt opnemen;
  7. Hoe lang de opzegtermijn is als je ander werk wilt?
  8. Wat is de bedoeling van een proefperiode?
  9. Kan een werkgever een vaste aanstelling zomaar beëindigen? En een werknemer?
  10. Noem drie verplichtingen van een werkgever en drie van een werknemer.

Thema 7 Medezeggenschap

  1. Hoeveel werknemers heeft jouw stagebedrijf?
  2. Is er in jouw stagebedrijf een ondernemingsraad (OR)?

Zo ja:

  1. Wat is de samenstelling van de OR?
  2. Hoe gaat de verkiezing van de OR in zijn werk?
  3. Wat heeft de OR van invloed op de bedrijfsvoering?
  4. Hoe kun je als werknemer medezeggenschap krijgen over de bedrijfsvoering?

Zo nee:

  1. Hoe kun je dan als werknemer medezeggenschap krijgen over de bedrijfsvoering?
  2. Hoe is het overleg tussen directie/eigenaar en de werknemers?
  3. Wie bepaalt welke doelen het bedrijf stelt?
  4. Worden de werknemers hierin betrokken? En hoe?
Frequently Asked Questions (FAQ)

FAQ

Heb je vragen over je stage, kijk dan eerst even in de onderstaande Frequently asked questions (FAQ). Staat het antwoord daar niet bij, neem dan contact op met je BPV-docent.

Heb ik recht op vrije dagen tijdens mijn stage?

Buiten de christelijke feestdagen heb je recht op 10 vrije dagen, in overleg met het bedrijf en de BPV-docent.

Kan ik een dag vrij nemen?

Als er dringende redenen zijn waardoor de stagiair één of meer dagen moet verzuimen of als er een snipperdag wordt opgenomen, dient dit vooraf overlegd te worden met het BPV-bedrijf en vervolgens met de BPV-docent. Vrije dagen tellen niet mee voor de urennorm en moeten derhalve ingehaald worden. In andere gevallen geldt dat in overleg met beide partijen vastgesteld wordt of de gemiste dag(en) ingehaald moet(en) worden en wanneer.

Wanneer begint en eindigt mijn stage?

De eerste stage (BPV1 in leerjaar 2) begint op de eerste dag van de start van het schooljaar en eindigt op de laatste dag van periode 2 van het schooljaar.

De tweede stage (BPV2 in leerjaar 4) begint op de eerste dag van periode 3 van het schooljaar en eindigt op de laatste dag van week 8 van periode 4 van het schooljaar.

Wat gebeurt er bij tussentijdse beëindiging van de stage?

Als een vroegtijdige beëindiging van de BPV het gevolg is van voortdurend disfunctioneren van de stagiair levert dit een onvoldoende resultaat op voor onderdelen van de opleiding en zullen deze onderdelen herkanst moeten worden. Voordat er wordt overgegaan tot beëindiging zijn meerdere fasen te onderscheiden, variërend van ontevredenheid van de praktijkopleider tot klachten/conflicten. Het is van belang dat de begeleidende BPV-docent tijdig op de hoogte wordt gesteld als de sfeer vertroebeld raakt. Deze docent kan een bemiddelende rol spelen als de situatie nog niet geëscaleerd is. Van belang is dat wekelijks de studenten hun urenverantwoording mailen naar hun begeleidende docent. De begeleidende BPV-docent zal in een dergelijk situatie de teammanager op de hoogte houden. De teammanager zal na de BPV-docent en de stagiair gehoord te hebben een besluit nemen over de verdere stappen.

Wat moet ik doen als er sprake is van ongewenst gedrag?

Als er sprake is van ongewenste intimiteiten of ongewenst gedrag, dien je contact op te nemen met de begeleidende BPV-docent. Als je dit moeilijk vindt, kan een vertrouwenspersoon worden gekozen die zo spoedig mogelijk op de hoogte wordt gesteld. Het is van belang te weten dat dergelijke situaties zeer vertrouwelijk worden behandeld. Eventuele volgende stappen worden genomen na overleg met jou.

Wat moet ik doen als ik ziek word tijdens de stage?

Afwezigheid door ziekte moet gemeld worden bij het BPV-bedrijf en bij de receptie van Aventus. Uiteraard moet deze melding voor het eerste verzuim plaatsvinden. In overleg moet na afloop van de ziekteperiode vastgesteld worden of de gemiste dagen ingehaald moeten worden en wanneer.

Wat moet ik doen bij een conflict?

Als er sprake is van een hoog oplopend conflict dat de verdere voortgang van de BPV zal beïnvloeden dien je zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de begeleidende BPV-docent. Deze kan mogelijk bemiddelen, zodat de BPV alsnog voltooid kan worden.